zondag 29 april 2012

Klassiek concert: Jan Lisiekcki

Op 29 april 2012 ben ik met de meisjes van de klas meegeweest naar de Bozar in Brussel om te gaan kijken naar de 17-jarige pianist Jan Lisiecki.

Nu al wordt hij omschreven als de meest sensationele pianist van onze tijd. De 17-jarige Poolse pianist Jan Lisiecki ontving reeds vele onderscheidingen, waaronder de Révélations Radio-Canada (2010), de Diapason Découverte (mei 2010) voor de opname van beide concerto’s van Chopin, samen met Sinfonia Varsovia (uitgegeven door het Fryderyk Chopin Institute), en de Jeune Soliste 2010 des Radios Francophones Publiques. Ondertussen tekende hij ook een contract bij het prestigieuze label Deutsche Grammophon voor de opnames van Mozarts Piano Concertos onder leiding van Christian Zacharias met het Kammerorchester des Bayerischen Rundfunks. Zijn palmares oogt bijzonder indrukwekkend, en ook in 2012 staan verschillende hoogtepunten op het programma, zoals concerto’s onder leiding van Antonio Pappano en Daniel Harding.

Excuseer mij dat het in het Engels is en dat het gaat over een ander concert dat hij heeft gegeven, maar hierin wordt mooi aangehaald wat Lisiekcki eigenlijk weergeeft met de piano.

The lucky audience which attended the UW President’s Piano recital at Meany Hall Wednesday was privileged to hear the Northwest debut of perhaps the most exceptional pianistic talent to be presented here in a generation, perhaps two generations, or more. I don’t think, after six decades of concertgoing, I have ever heard a young man with the kind of mature musicianship and technical ease displayed by 16-year-old Jan Lisiecki. I heard several other audience members commenting, “This is thrilling.”

This Polish-Canadian young man from Calgary began his concert career aged nine, and has been concertizing all over the world, in recital, as orchestral soloist, and as chamber musician. He graduated high school January 2011 after being accelerated four grades by Calgary’s school board, and he speaks four languages. One wonders when he has had the time to learn all this.
It would be easy to think, before hearing him, that this would be a technical whiz kid whose musical intention would be to play everything faster, louder and more spectacularly than anyone else. Or, that his musical tastes would be parroted, at this age, from a fine teacher. And we’d be wrong in both cases. Technically, he is already a master, with his hands completely at the service of the music. Musically, there is no doubt these are his own interpretations of music which he has subjected to profound consideration. His programming is clearly his own.
Lisiecki is a sober presenter. Clad in a plain black suit and tie, he walks out on stage, bows, sits down, takes a moment of sitting quietly, hands in lap, and then plays. No arm waving, no body swaying, nothing to distract from the music. And the music!
He chose to start both program halves with a Bach Prelude and Fugue, No. 14 in F-Sharp Minor, and No. 12 in F Minor, following those with Beethoven, Liszt and Mendelssohn, then Chopin.
His Bach was orderly with subtle dynamic nuance, clear articulation and rock-steady tempi. His Beethoven, Sonata No. 24 in F-Sharp Major, was remarkable for its ease of touch and lightness on the keys, with plenty of light, shade and dynamism, but no fortissimos. Lisiecki appears to stroke the notes out of the keys, and legato runs sounded like a flow of sunshine.
His intelligent approach to Liszt’s Trois études de concert elucidated some of the mysteries of the composer’s thinking, something which often gets steamrollered by the chance to let everything roll out in an emotional outpouring. This had depth, and here, as in Mendelssohn’s Variations sérieuses in D Minor, Lisiecki could extract rich fortes from the piano without ever going overboard.
He ended the concert with Chopin’s Twelve Etudes, Op. 25, a good choice to finish with its fireworks towards the end, though each etude had technical difficulties to marvel at, his were so neat, so lively, so clean, and at the same time so thoughtful, so musically right, and apparently so easy. Lisiecki’s hands were relaxed all evening. He never pounded to achieve emphasis or volume, they were just there. Nor did he seem to tense up for runs, no matter how fast, and flawlessly even.
In short, a mature musician, no matter his chronological age. I found myself thinking he’s in the same genre as Alfred Brendl, a thinking musician’s musician.
The Sun Break, February 2012

Zoals ik al zei ben ik akkoord met deze recensie. Hoe Lisiekcki zo vloeiend met zijn handen over de toetsen van de piano heen beweegt is echt niet te doen. Ik stond met open mond toe te kijken. Het lijkt precies niet echt gespeeld, zo snel, zo vloeiend dat hij zijn handen beweegt, hij laat het heel makkelijk lijken. Het is ongelooflijk wat hij kan, zeker op zo'n jonge leeftijd... Ik zou gerust nog eens naar een concert kunnen kijken van hem, het is zeker fascinerend. Zeker een aanrader!


http://indianriverfestival.files.wordpress.com/2010/09/img_4379_2.jpg?w=900
Hier zie je hem aan het werk...

Podium: Send all your horses...


Op 17 april 2012 zijn we met de klas naar een theatervoorstelling, genaamd "Send all your horses", gaan kijken in de Bozar in Brussel. Ik vond het theater op zich origineel gevonden. Het dialoog tussen muziek en beeld was mooi weergegeven. Het lijkt precies een film van vroeger, met live muziek bij het beeld. 


Send all your horses gaat over een meisje dat op zoek gaat naar haar tweelingzus en dat daarbij steeds meer verstrikt raakt in haar eigen fantasie. Een mix van muziek, film en theater ondersteunt haar zoektocht. Nathalie Teirlinck - bekroond op het Filmfestival in Berlijn 2010 - zorgt voor de dromerige beelden van een schijnbaar rimpelloze wereld die onder de oppervlakte toch woelig is en vol verlangen. De muziekband van Esther Lybeert begeleidt de film live samen met een koor van vijf meisjes.  
 

Er zat een goede structuur in het theater, het verhaal was mysterieus maar het klopte wel. Ik vond het zeer rustgevend. Wat mij vooral opviel was de muziek, het geluid, het licht en de kostuums, deze theatertekens sprongen meteen in “beeld” bij mij. 



Je zag dat over de kostuums toch wel over nagedacht was. De vrouw aan de piano en de vrouw aan de drum, aan de buitenkant van het podium, droegen beide een groen kleedje; drie van de vier zangeressen in het midden droegen een simpel wit kleedje en de andere zangeres een blauw kleedje; dan had je ook nog de man aan de gitaar die ook in het blauw was gekleed. De kostuums sprongen er dus niet uit, maar dat was ook niet erg want ik denk dat dit juist de bedoeling was. Het groene en de lichte kleuren gaven het effect van de natuur weer, wat ook op de film werd getoond, waardoor je je meer betrokken ging voelen in het toneel. De kleedjes leken ook fel op wat het personage in de film aan had. Ik denk dat ze met de kostuums ook het thema probeerden weer te geven, het ging namelijk over tweelingen en de muzikanten op het podium waren elke keer per twee ongeveer hetzelfde gekleed, zoals in de film.

De muziek gaf perfect de emotie bij de beelden weer, soms mysterieus, dan weer vreugde, maar soms voorspelde het ook dat er iets zou gebeuren. De muziek en de beelden ondersteunden elkaar, waardoor je je meer betrokken voelde bij het theater. De muziek paste er zo goed bij dat ik soms vergat dat het live werd gespeeld, omdat ik werd meegesleurd in het beeld. Ik vond het wel leuk dat er verschillende soorten instrumenten aanwezig waren. Sommige insrtumenten gaven precies de natuur weer, ze zorgden voor mysterieuze geluiden, dit maakt het wel boeiend.

Het geluid bij de beelden vond ik zeker passend; dit waren vooral geluiden van water, wind, het ademen van het meisje, gelach,... De geluiden gaven mooi de omgeving weer, waardoor het voelde alsof je zelf in de natuur zat, alsof je zelf aan het lopen was, alsof je zelf in bad zat,... alsof je er een deel van uitmaakte. Het zijn eigenlijk geluiden die we constant tegen komen in het dagelijkse leven, maar waar we niet echt bij stil staan. Het meisje vertelde het verhaal bij de beelden tegen haar tweelingzus of tegen haar eigen identideit, waarnaar ze op zoek was; dit zorgt ervoor dat de beelden verduidelijking kregen. De geluiden gaven dus ook een ondersteuning aan het meisje haar verhaal.

Het licht viel elke keer op degene die de bijpassende muziek aan het maken was. Dit zorgde wel een beetje voor afleiding vond ik, want soms weet je dan niet waar je moet kijken, naar de muzikant of naar het beeld? Er werd ook een beetje gespeeld met het licht en het beeld op een bepaald moment; ze hadden verschillende spots op de muzikanten gericht en ondertussen zaten de zangeressen neer op stoelen naast elkaar en op hun werden beelden geprojecteerd; dit zorgde wel voor een mooi effect.

De muziek en het geluid zorgden dus voor een grote ondersteuning van de beelden en maakten het verhaal duidelijker voor het publiek, ze zorgden ervoor dat je werd meegesleurd in het verhaal. Het licht speelde ook een belangrijke rol, het gaf weer vanwaar de muziek kwam en soms zorgde het voor een speels effect. De kostuums maakten er een mooi plaatje van. Deze theatertekens en natuurlijk ook de muzikanten en het beeld zorgden ervoor dat het één geheel vormde. Het theater was voor mij vooral een oase van rust en kalmte, waarvan je kon genieten. 

Er was ook een nabespreking onmiddellijk na de voorstelling, waar we dan eventuele vragen kwijt konden...



© Sven van Rossen
© Sven van Rossen© Sven van Rossen
© Sven van Rossen